De twee Britse gokbedrijven Ladbrokes en Betfair proberen al jaren voet aan de grond te krijgen in Nederland, zij willen dan ook een einde maken aan de Nederlandse staatsmonopolie die al jaren van kracht is in ons land, zodat zij hun diensten ook in Nederland kunnen aanbieden.
De twee gokbedrijven, die online casino spellen en sportweddenschappen aanbieden, hebben al diverse rechtszaken gevoerd tegen de Nederlandse staat om de staatsmonopolie onderuit te halen, maar deze leverde niet het gewenste resultaat waardoor de zaken bij het Europese Hof zijn belandt. Maar ook dat lijkt op een teleurstelling uit te lopen voor de gokbedrijven, omdat de advocaat-generaal van het Hof van Justitie, Yves Bot, ook in deze zaken tot de conclusie is gekomen dat lidstaten van de Europese Unie het recht hebben exploitatie van kansspellen aan één ondernemer mag toegewezen en dat zij het de organisatie en exploitatie van kansspellen op hun grondgebied mogen beperken om hun consumenten te beschermen tegen gokverslaving en het gevaar van fraude.
Hoewel Ladbrokes en Betfair als verdediging hebben aangevoerd dat beide bedrijven een vergunning hebben in Groot-Brittannië, heeft advocaat-generaal aangegeven dat Nederland het recht heeft buitenlandse aanbieders van online casino’s en online sportweddenschappen mag verbieden hun diensten in Nederland aan te bieden.
De advocaat-generaal stelt ook vast dat een overheid meer vergunningen moet verstrekken wanneer er maar één vergunning is uitgegeven, en zij dus meerdere partijen moet laten meedingen, hoewel deze uitspraak een beetje wazig is, omdat de advocaat-generaal ook aangeeft dat de overheid hier onderuit kan komen wanneer daar respectabele redenen voor zijn. Toch is advocaat Justin Franssen, zeer tevreden met deze uitspraak, daar hij de belangen van Betfair verdedigt, omdat deze uitspraak zou aangeven dat er meerdere vergunningen zouden moeten worden uitgegeven, wat betekent dat er een stelselwijziging zou moeten komen in Nederland.
De conclusie van advocaat-generaal Yves Bot, ook wel als belangrijkste adviseur van het Europese Hof van Justitie gezien, is geen officiële uitspraak in deze zaak, maar wordt in de meerderheid van de gevallen overgenomen door het Hof van Justitie in Luxemburg, waar de zaak binnen enkele maanden behandeld wordt.